Onze lagere school telt 6 klassen. We zijn er elke dag hard in de weer. We brengen elk kind de nodige kennis, vaardigheden en attitudes bij.  

Tijdens het schooljaar zijn er verschillende klasdoorbrekende projecten. Hier werken de kinderen van verschillende klassen samen aan een gemeenschappelijk project. 

We werken tijdens onze lessen vaak in niveaugroepen. Onze zorgleerkrachten ondersteunen waar nodig. We bieden zo onderwijs op maat van elk kind.  

De kinderen zitten niet altijd binnen of in de klas. Ze gaan ook geregeld doelgericht op uitstap om de wereld écht te zienmee te maken en te beleven. De Horizon zet in op deze vorm van werkelijkheidsgericht onderwijs. We zetten deze manier van onderwijs door in onze lessen. 

2 leerlingen aan de boekenkast in stedelijke basisschool De Horizon

Wat is het? 

We hebben het zelfstandig werk in de vorm van takenborden of contractwerk uitgewerkt voor de ganse school. De leerlingen leren hier al mee omgaan in de kleuterschool en dit wordt gradueel opgebouwd naar contractwerk in het zesde leerjaar.

Wat willen we bereiken?

We streven naar een zelfredzame houding, waarbij kinderen initiatieven nemen, creatief en gemotiveerd zijn. Vanuit het geloof in eigen kunnen en een realistisch zelfbeeld, kunnen de leerlingen hun eigen leren aansturen.

De aanpak van de leerkracht is cruciaal door het toepassen van een aantal leerstrategieën in een positief klasklimaat.

  • De kinderen krijgen een breed aanbod.
  • Elk kind is uniek en krijgt zorg of uitdaging op zijn of haar maat. Niet alleen kennis is belangrijk, maar ook het aanleren van vaardigheden en attitudes.
  • We willen de zelfstandigheid van de leerlingen bevorderen en de leerlingen leren plannen.

Hoe werkt het?

De leerlingen krijgen eerst een instructie van de taken. De taken worden overlopen. Daarna gaan de leerlingen zelf aan de slag.

  • Ze krijgen taken op hun maat.
  • Leerlingen die extra begeleiding nodig hebben worden gericht begeleid in kleine groep. 
  • Leerlingen die extra uitdaging nodig hebben, krijgen die ook in de vorm van uitdagende taken.
  • De leerlingen werken op hun eigen tempo. Ze vragen hulp wanneer ze die nodig hebben.

Dit doen ze door een stokje met hun naam bij de leerkracht te leggen. Zo kunnen de leerlingen leren omgaan met uitgestelde aandacht én krijgen ze de aandacht die ze verdienen.

Missie leesplezier

Lezen doe je het liefst in een boek dat je zelf hebt gekozen. Zo lees je wat je interesseert en kan je helemaal geboeid raken door het verhaal of door het onderwerp. Dit zet je aan om nóg meer te lezen. Hoe meer je leest, hoe beter je leest.

Onze missie op school is om kinderen leesplezier te laten krijgen, zodat ze zelf naar boeken grijpen.

Lezen is top!

We leggen de focus op motivatie in plaats van op leesmoeilijkheden.
Het doel van het leesonderwijs is het ontwikkelen van gemotiveerde lezers die hun leesvaardigheid gebruiken om te leren en om te lezen voor hun plezier.

Er zijn drie programma's: voorbereidend lezen (derde kleuterklas), aanvankelijk lezen (eerste en tweede leerjaar) en vloeiend lezen (de andere leerjaren).
Dit om in de derde graad hard te kunnen inzetten op leesstrategieën. Dit doen we onder andere via Nieuwsbegrip, waar kinderen lezen over de actualiteit.

Het LIST-project

In het LIST-project lezen de kinderen in duo's samen hardop in zelfgekozen boeken. Dit lezen noemen we hommelen.
Als dat vlot genoeg gaat, gaan de kinderen naar de stilleesgroep, waar ze in stilte kunnen lezen in een knusse leeshoek.

Hoe gaat het in zijn werk?

De opbouw van een LIST-les:

  • We starten met een mini-les door de leerkracht.
  • Voorlezen, spreken over leesbeleving (Hoe kies ik een boek , Wat doet een boek met me?), een specifiek 'leesdoel' behandelen (bv. wie is de hoofdpersoon, wat wil de schrijver van het boek vertellen?), ...
  • Dan gaan de kinderen 'hommelen' of stillezen, afhankelijk van hun groep.
  • De kinderen hebben een bakje met 2 zelfgekozen boeken. Zu kunnen ze, als een boek uit is, meteen het volgende boek lezen.
  • Er wordt ononderbroken gelezen gedurende 20 minuten.
  • De leerkracht leest ook, of ondersteunt leerlingen die moeilijk aan het lezen raken.
  • Dan eindigt de les met een gezamenlijke afsluiting.
  • Vanuit de mini-les en de boeken die kinderen lezen volgt een gesprek, een boekreclame, zelfevaluatie, ...

Elke klas heeft een uitgebreide collectie boeken en we gaan ook regelmatig met de kinderen naar de bibliotheek. Zo leren we de leerlingen bewust boeken kiezen.